Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!
wetenschap

Van Vree: ‘Onvoldoendes vooral gevolg strengere eisen NVAO’

Clara van de Wiel,
24 juni 2014 - 11:58
Vier opleidingen aan de Faculteit der Geesteswetenschappen aan de UvA hebben van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) een onvoldoende gekregen. In heel Nederland heeft de NVAO 26 alfaopleidingen afgekeurd, wat de organisatie zelf ‘zorgwekkend’ noemt. UvA-decaan Frank van Vree wijt het hoge aantal onvoldoendes vooral aan de strengere visitatie-eisen.

Opleidingen aan de UvA die een onvoldoende kregen zijn de bachelors archeologie, theaterwetenschap en algemene cultuurwetenschappen en de master mediastudies. Wat betreft die laatste, is slechts de duale variant journalistiek en media beoordeeld. Al eerder werd bekend dat de NVAO deze opleiding te weinig academisch vond.

Eindscripties
De kritiek over de drie bacheloropleidingen richt zich voornamelijk op een gebrekkige kwaliteit van eindscripties. Bij de opleiding archeologie werden scripties volgens de NVAO bijvoorbeeld structureel te hoog beoordeeld. Van Vree stelt echter dat het bij de opleiding archeologie maar om één scriptie ging, die uiteindelijk ‘de druppel’ was die het eindoordeel onvoldoende maakte. ‘Dat is geen excuus, maar het relativeert het oordeel wel,’ aldus de decaan

Frank van Vree Frank van Vree

Volgens Van Vree steekt de UvA bovendien nog gunstig af bij de anderen. ‘Al onze grote opleidingen zoals geschiedenis, Europese studies en kunstgeschiedenis zijn met vlag en wimpel geslaagd.’ Niettemin benadrukt hij dat er bij de drie bacheloropleidingen gaten vielen. ‘Er was onvoldoende overleg over welke maatstaven gelden. Er moet beter gekeken worden naar wat de standaard is en hoe die kan worden gewaarborgd.’ Volgens Van Vree zijn de toets- en examenreglementen inmiddels aangepast en zal er meer overleg gaan plaatsvinden over de opbouw van het academische programma.

Strengere regels
Het hoge aantal alfaopleidingen aan de Nederlandse universiteiten een onvoldoende heeft gekregen, is voor de NVAO aanleiding de noodklok te luiden. In een document met achtergrondinformatie wijt de accreditatieorganisatie het falende niveau aan de toegenomen aandacht voor onderzoek in de geesteswetenschappen, die ten koste gaat van het onderwijs.

Van Vree deelt zowel de zorg, als de analyse niet. Een probleem is volgens Van Vree wel dat bij vrijwel alle geesteswetenschappelijke opleidingen het aantal studenten per docent sterk is toegenomen.

Hij benadrukt echter dat de regels van de NVAO de afgelopen jaren veel strenger is geworden. Hij noemt het positief dat er meer discussie over eindkwalificaties is gekomen, maar onderstreept dat opleidingen daardoor in deze eerste periode wel sneller onvoldoendes krijgen. Van Vree:  ‘Het domein geesteswetenschappen is het eerste domein dat volgens deze nieuwe, strengere visitatieregels beoordeeld wordt. Dan is het logisch dat daar ook de eerste golf onvoldoendes vallen. Het is maar de vraag hoe de andere domeinen zullen scoren.’

Bovendien, zo benadrukt Van Vree, kan de accreditatieorganisatie opleidingen tegenwoordig ook op afzonderlijke onderdelen afkeuren, waardoor er sneller een onvoldoende kan worden gegeven.