Amsterdam onderzoekt de mogelijkheid duizenden extra studentenwoningen te bouwen om de kamernood onder studenten te beteugelen.
Dat bevestigt verantwoordelijk wethouder Freek Ossel. ‘Het tekort aan studentenkamers tot 2014 wordt kleiner. We zijn hard op weg om onze doelstelling van 9000 studenteneenheden te bereiken,’ aldus Ossel. In 2014 moeten er vijfduizend nieuwbouwwoningen en vierduizend woningen in de bestaande sector – tijdelijk bewoonbaar gemaakte slooppanden en omgebouwde kantoorpanden – zijn opgeleverd. ‘Maar natuurlijk moeten we ook verder gaan kijken dan 2014, we realiseren ons heel goed dat de vraag naar studentenwoningen blijft stijgen.’
Met de oplevering van negenduizend extra studentenwoningen in 2014 weet Amsterdam de kamernood in 2014 eventjes te beteugelen, maar daarna lopen de tekorten snel weer op. Onderzoek dat vorige week werd gepresenteerd, uitgevoerd in opdracht van de gemeente en de Amsterdamse hogescholen en universiteiten, laat zien dat het aantal studenten in Amsterdam tussen 2014 en 2018 van 120.000 oploopt tot 140.000. Om de nieuwe vraag naar kamers op te vangen zijn er tot 2018 nog eens 6.800 extra studentenwoningen nodig.
Samen met Utrecht behoort Amsterdam nog altijd tot de studentensteden met de grootste druk op de woningmarkt. Kamernood is er vrijwel heel het jaar, de gemiddelde wachttijd varieert van een jaar in Zuidoost tot vijf jaar in het centrum. Afgezet tegen de vorige week gepresenteerde cijfers is dat niet vreemd. Inmiddels telt de stad ruim honderdduizend studenten, terwijl dat in 2005 nog 70.000 studenten waren.
Studentenbond Asva waarschuwde al eerder dat de tekorten opnieuw zouden oplopen. De bond vindt dat Amsterdam zich veel meer op de bouw van permanente bouw moeten richten, in plaats van tijdelijke huisvesting zoals studentencontainers.
Lees meer over de Amsterdamse studentenwoningmarkt in Folia Magazine van deze week.
Dat bevestigt verantwoordelijk wethouder Freek Ossel. ‘Het tekort aan studentenkamers tot 2014 wordt kleiner. We zijn hard op weg om onze doelstelling van 9000 studenteneenheden te bereiken,’ aldus Ossel. In 2014 moeten er vijfduizend nieuwbouwwoningen en vierduizend woningen in de bestaande sector – tijdelijk bewoonbaar gemaakte slooppanden en omgebouwde kantoorpanden – zijn opgeleverd. ‘Maar natuurlijk moeten we ook verder gaan kijken dan 2014, we realiseren ons heel goed dat de vraag naar studentenwoningen blijft stijgen.’
Met de oplevering van negenduizend extra studentenwoningen in 2014 weet Amsterdam de kamernood in 2014 eventjes te beteugelen, maar daarna lopen de tekorten snel weer op. Onderzoek dat vorige week werd gepresenteerd, uitgevoerd in opdracht van de gemeente en de Amsterdamse hogescholen en universiteiten, laat zien dat het aantal studenten in Amsterdam tussen 2014 en 2018 van 120.000 oploopt tot 140.000. Om de nieuwe vraag naar kamers op te vangen zijn er tot 2018 nog eens 6.800 extra studentenwoningen nodig.
Samen met Utrecht behoort Amsterdam nog altijd tot de studentensteden met de grootste druk op de woningmarkt. Kamernood is er vrijwel heel het jaar, de gemiddelde wachttijd varieert van een jaar in Zuidoost tot vijf jaar in het centrum. Afgezet tegen de vorige week gepresenteerde cijfers is dat niet vreemd. Inmiddels telt de stad ruim honderdduizend studenten, terwijl dat in 2005 nog 70.000 studenten waren.
Studentenbond Asva waarschuwde al eerder dat de tekorten opnieuw zouden oplopen. De bond vindt dat Amsterdam zich veel meer op de bouw van permanente bouw moeten richten, in plaats van tijdelijke huisvesting zoals studentencontainers.
Lees meer over de Amsterdamse studentenwoningmarkt in Folia Magazine van deze week.
