Decaan Frank van Vree verdedigde gisteren ‘de vijf’ die studenten geesteswetenschappen in de propedeuse mogen halen (en laten staan) met het argument dat het hier ‘een pedagogische maatregel’ betreft.
Van Vree sprak gisteren in de Doelenzaal van de UB tijdens een minisymposium over de toekomst van de geesteswetenschappen. Is er nog plaats voor de humaniora in een tijd waarin economisch rendement en arbeidsmarktperspectief steeds meer centraal komt te staan, zo luidde de hoofdvraag tijdens de bijeenkomst.
Roemeens
‘Zeker wel,’ zei Van Vree, die twee maanden geleden aantrad als decaan. ‘Als we er maar voor zorgen een brede universiteit te zijn en te blijven.’ Maar de decaan sloot zijn ogen ook niet voor de economische realiteit, zei hij, met een knipoog naar de huidige discussie over het opheffen van de ministudie (gemiddeld één student) Roemeens. ‘Als ik moet kiezen tussen Roemeens en assyriologie, zou ik kiezen voor het laatste, omdat met het verdwijnen daarvan een hele cultuur zou verdwijnen.’
Oxford
Het vijfje dat studenten in de propedeuse mogen laten staan is al maanden onderwerp van debat tussen het faculteitsbestuur en studenten, die het als devaluatie van hun opleiding beschouwen. Maar volgens Van Vree is dat onzin. ‘Die maatregel heeft niets te maken met dat wij ons er makkelijk van af willen maken en studenten met een onvoldoende maar vlug door laten gaan naar het volgende studiejaar. Het is een stimuleringsmaatregel die bijvoorbeeld ook in Oxford wordt gehanteerd en bedoeld is als impuls voor beginnende studenten.’ Juist het feit dat ze een vijf hebben gehaald triggert hen volgens Van Vree om aan de studie te gaan, want ze moeten er een zeven tegenover hebben staan. Anders gaan ze alsnog niet naar het tweede jaar.
Van Vree sprak gisteren in de Doelenzaal van de UB tijdens een minisymposium over de toekomst van de geesteswetenschappen. Is er nog plaats voor de humaniora in een tijd waarin economisch rendement en arbeidsmarktperspectief steeds meer centraal komt te staan, zo luidde de hoofdvraag tijdens de bijeenkomst.
Roemeens
‘Zeker wel,’ zei Van Vree, die twee maanden geleden aantrad als decaan. ‘Als we er maar voor zorgen een brede universiteit te zijn en te blijven.’ Maar de decaan sloot zijn ogen ook niet voor de economische realiteit, zei hij, met een knipoog naar de huidige discussie over het opheffen van de ministudie (gemiddeld één student) Roemeens. ‘Als ik moet kiezen tussen Roemeens en assyriologie, zou ik kiezen voor het laatste, omdat met het verdwijnen daarvan een hele cultuur zou verdwijnen.’
Oxford
Het vijfje dat studenten in de propedeuse mogen laten staan is al maanden onderwerp van debat tussen het faculteitsbestuur en studenten, die het als devaluatie van hun opleiding beschouwen. Maar volgens Van Vree is dat onzin. ‘Die maatregel heeft niets te maken met dat wij ons er makkelijk van af willen maken en studenten met een onvoldoende maar vlug door laten gaan naar het volgende studiejaar. Het is een stimuleringsmaatregel die bijvoorbeeld ook in Oxford wordt gehanteerd en bedoeld is als impuls voor beginnende studenten.’ Juist het feit dat ze een vijf hebben gehaald triggert hen volgens Van Vree om aan de studie te gaan, want ze moeten er een zeven tegenover hebben staan. Anders gaan ze alsnog niet naar het tweede jaar.
