De stichting van de Amsterdam Academic Alliance (AAA), waar de stichting van een een nieuwe gezamenlijke bètafaculteit van UvA en VU onderdeel van uit maakt, gaat tussen de 100 en 120 miljoen euro kosten. De transitiekosten van de nieuwe bètafaculteit (lees: de samenvoeging van de drie bestaande bètafaculteiten) gaat tussen de 30 en 57 miljoen kosten. Het aantal bacheloropleidingen in de nieuwe gefuseerde bètafaculteit - nu zijn dat er 27 - wordt met een derde teruggebracht. Er komen circa dertig masteropleiding, waarvan het overgrote deel tweejarig. De nieuwe faculteit krijgt 3000 medewerkers, 9000 studenten en een budget van 250 miljoen euro.
Dit zijn een paar van de hoofdlijnen uit de ‘Propositie van het Bouwteam’ die is voorgelegd aan de colleges van besturen van UvA en VU. De nieuwe Amsterdam Faculty of Science (AFS) moet in de loop van dit jaar - in ieder geval op papier - gestalte krijgen. In de nieuwe faculteit worden de huidige faculteiten Aard- en Levenswetenschappen en Exacte Wetenschappen (beide VU) samengevoegd met de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (UvA).
Ambities
Uit het voorlopige plan, dat komend voorjaar moet worden goedgekeurd door beide instellingen en door de medezeggenschapsorganen van medewerkers en studenten, blijkt dat de ambities van de AFS hoog zullen zijn. AFS moet ‘een van de leidende’ science-faculteiten van Europa worden waar ‘kwalitatief hoogstaand academisch vormend onderwijs’ centraal staat.
De nieuwe faculteit krijgt duidelijk een onderzoeksfocus: de bachelors zijn ‘overwegend research-based’, de masters ‘altijd research-based’. Van de 30 masteropleidingen zullen er 24 tweejarig zijn. Gezien de reductie van het aantal bachelors met een derde heeft de AFS veel meer master- dan bacheloropleidingen.
Er moet ‘een sterke interactie’ komen met wetenschappelijke instellingen als NWO en KNAW, er komen graduate schools op bèta-medisch terrein in samenwerking met de medische centra van UvA en VU en het aantal high impact-publicaties (in toonaangevende wetenschappelijke tijdschriften) moet met tien tot vijftien procent toenemen.
De financiële middelen uit de derde geldstroom (onder meer contractonderzoek) moeten men ‘ten minste’ twintig procent toenemen.
Voor de top 10-procent beste studenten komt er een ‘Top League’, een speciaal programma dat loopt van het tweede semester in het eerste jaar van de bachelor via een op research georiënteerde master naar de promotie (PhD). Deze studenten moeten zich elk jaar opnieuw bewijzen om in de League te mogen blijven.
Onderzoeksgebieden die volgens het bouwteam ‘substantiële meerwaardepotentie’ hebben zijn ‘science for society’, ‘earth & ecology’, 'green life sciences’, ‘sustainable chemistry’, ‘solar energy’, physics & astronomy’, 'mathematics & logic’, 'informatics’, ‘natural sciences for human health’ en ‘neurosciences’. Voor zowel de bachelor- als masteropleidingen geldt dat er geen dubbele opleidingen zullen zijn binnen de AFS en dat de opleidingen ‘levensvatbaarheid in de toekomst’ hebben. Voor bacheloropleidingen betekent dit dat er dat er minimaal honderd studenten per jaar moeten instromen, voor masters geldt een instroomminimum van twintig.
Het is de bedoeling dat er op 1 januari 2014 een geïntegreerde begroting is voor de nieuwe faculteit. Het onderwijs zou op 1 september 2014 van start moeten gaan.
Zie AFS propositie 2013 voor het hele plan.
Dit zijn een paar van de hoofdlijnen uit de ‘Propositie van het Bouwteam’ die is voorgelegd aan de colleges van besturen van UvA en VU. De nieuwe Amsterdam Faculty of Science (AFS) moet in de loop van dit jaar - in ieder geval op papier - gestalte krijgen. In de nieuwe faculteit worden de huidige faculteiten Aard- en Levenswetenschappen en Exacte Wetenschappen (beide VU) samengevoegd met de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (UvA).
Ambities
Uit het voorlopige plan, dat komend voorjaar moet worden goedgekeurd door beide instellingen en door de medezeggenschapsorganen van medewerkers en studenten, blijkt dat de ambities van de AFS hoog zullen zijn. AFS moet ‘een van de leidende’ science-faculteiten van Europa worden waar ‘kwalitatief hoogstaand academisch vormend onderwijs’ centraal staat.
De nieuwe faculteit krijgt duidelijk een onderzoeksfocus: de bachelors zijn ‘overwegend research-based’, de masters ‘altijd research-based’. Van de 30 masteropleidingen zullen er 24 tweejarig zijn. Gezien de reductie van het aantal bachelors met een derde heeft de AFS veel meer master- dan bacheloropleidingen.
Er moet ‘een sterke interactie’ komen met wetenschappelijke instellingen als NWO en KNAW, er komen graduate schools op bèta-medisch terrein in samenwerking met de medische centra van UvA en VU en het aantal high impact-publicaties (in toonaangevende wetenschappelijke tijdschriften) moet met tien tot vijftien procent toenemen.
De financiële middelen uit de derde geldstroom (onder meer contractonderzoek) moeten men ‘ten minste’ twintig procent toenemen.
Voor de top 10-procent beste studenten komt er een ‘Top League’, een speciaal programma dat loopt van het tweede semester in het eerste jaar van de bachelor via een op research georiënteerde master naar de promotie (PhD). Deze studenten moeten zich elk jaar opnieuw bewijzen om in de League te mogen blijven.
Onderzoeksgebieden die volgens het bouwteam ‘substantiële meerwaardepotentie’ hebben zijn ‘science for society’, ‘earth & ecology’, 'green life sciences’, ‘sustainable chemistry’, ‘solar energy’, physics & astronomy’, 'mathematics & logic’, 'informatics’, ‘natural sciences for human health’ en ‘neurosciences’. Voor zowel de bachelor- als masteropleidingen geldt dat er geen dubbele opleidingen zullen zijn binnen de AFS en dat de opleidingen ‘levensvatbaarheid in de toekomst’ hebben. Voor bacheloropleidingen betekent dit dat er dat er minimaal honderd studenten per jaar moeten instromen, voor masters geldt een instroomminimum van twintig.
Het is de bedoeling dat er op 1 januari 2014 een geïntegreerde begroting is voor de nieuwe faculteit. Het onderwijs zou op 1 september 2014 van start moeten gaan.
Zie AFS propositie 2013 voor het hele plan.
