Het thema van de HvA Onderwijsconferentie is dit jaar Future Proof Education, oftewel hoe het onderwijs aan de HvA klaar kan worden gemaakt voor de toekomst. Wordt alles digitaal? Welke opleidingen zijn overbodig? En wat wordt de rol van de docent? In aanloop naar de conferentie interviewt Folia HvA’ers over dit thema. Vandaag: Huib de Jong (61), rector van de HvA.
Hoe ziet het onderwijs er in 2030 uit?
‘Dan komen we toch weer uit bij de dooddoener dat de toekomst het moeilijkst te voorspellen is. Er is wel een aantal trends waar je naar moet kijken. Ik denk dat personalisering een belangrijke is. De student moet centraal staan en dat betekent dat hij als het ware zelf zijn programma kan samenstellen. Natuurlijk moet dat wel naar een diploma leiden, maar ik denk dat er veel meer ruimte moet komen voor persoonlijke keuzes. Dat betekent niet dat studenten binnen een grote organisatie aan hun lot worden overgelaten. Zeker voor jongere studenten zal de ontmoeting in het klaslokaal of atelier een belangrijke zijn. Daarnaast moeten ze naar buiten, naar de rijke leeromgeving, om in de praktijk te leren.’
Hoe leid je mensen op voor werk dat nog niet bestaat?
‘Wat belangrijk is, is dat opleidingen breder worden. Dat betekent dat we meer aandacht geven aan zaken als onderzoeksvaardigheden en het bijhouden van ontwikkelingen in het vakgebied en minder zullen specialiseren. Bij het Domein Techniek hebben we dat een paar jaar geleden al gedaan. Daar hebben we het mes gezet in het aantal opleidingen en bredere bachelors opgezet. Het belangrijkste doel van de hogeschool moet zijn dat studenten kennis kunnen onderscheiden van informatie. Dat is een vaardigheid die in elke sector tot zijn recht komt.’
Wat is de eerste verandering die de HvA moet doorvoeren om het onderwijs future-proof te maken?
‘Ik denk dat we de verantwoordelijkheden voor het onderwijs veel dieper in de organisatie moeten neerleggen. Alleen op dat niveau kunnen docenten tegelijkertijd meebewegen met de veranderingen in het vakgebied en in het onderwijs. Dat betekent ook dat er in die opleidingsteams meer docenten moeten komen, ze moeten immers niet alleen lesgeven, maar ook hun onderwijs constant veranderen en ook nog eens relaties onderhouden met de praktijk.’
De HvA Onderwijsconferentie vindt vandaag plaats in Carré.
Hoe ziet het onderwijs er in 2030 uit?
‘Dan komen we toch weer uit bij de dooddoener dat de toekomst het moeilijkst te voorspellen is. Er is wel een aantal trends waar je naar moet kijken. Ik denk dat personalisering een belangrijke is. De student moet centraal staan en dat betekent dat hij als het ware zelf zijn programma kan samenstellen. Natuurlijk moet dat wel naar een diploma leiden, maar ik denk dat er veel meer ruimte moet komen voor persoonlijke keuzes. Dat betekent niet dat studenten binnen een grote organisatie aan hun lot worden overgelaten. Zeker voor jongere studenten zal de ontmoeting in het klaslokaal of atelier een belangrijke zijn. Daarnaast moeten ze naar buiten, naar de rijke leeromgeving, om in de praktijk te leren.’
Hoe leid je mensen op voor werk dat nog niet bestaat?
‘Wat belangrijk is, is dat opleidingen breder worden. Dat betekent dat we meer aandacht geven aan zaken als onderzoeksvaardigheden en het bijhouden van ontwikkelingen in het vakgebied en minder zullen specialiseren. Bij het Domein Techniek hebben we dat een paar jaar geleden al gedaan. Daar hebben we het mes gezet in het aantal opleidingen en bredere bachelors opgezet. Het belangrijkste doel van de hogeschool moet zijn dat studenten kennis kunnen onderscheiden van informatie. Dat is een vaardigheid die in elke sector tot zijn recht komt.’
Wat is de eerste verandering die de HvA moet doorvoeren om het onderwijs future-proof te maken?
‘Ik denk dat we de verantwoordelijkheden voor het onderwijs veel dieper in de organisatie moeten neerleggen. Alleen op dat niveau kunnen docenten tegelijkertijd meebewegen met de veranderingen in het vakgebied en in het onderwijs. Dat betekent ook dat er in die opleidingsteams meer docenten moeten komen, ze moeten immers niet alleen lesgeven, maar ook hun onderwijs constant veranderen en ook nog eens relaties onderhouden met de praktijk.’
De HvA Onderwijsconferentie vindt vandaag plaats in Carré.
